Nutrienten

Onderzoek: nutriënten:

Inhoud

  • Handleiding bestrijding eutrofiëring
  • Streefwaarden
  • Nitrogen removal by denitrification in the sediments of a shallow lake
  • Integrale eutrofiëringsbestrijding Botshol
  • Peilbeheer en nutriënten
  • BUFFER
  • Natuurontwikkeling in Loenderveen

Handleiding bestrijding eutrofiëring

Uitvoering:

Van 1994-1996 door RWS-RIZA, nu RWS Waterdienst.

Beschrijving:

De handleiding behandelt vooral de bestrijding van eutrofiëring in meren en plassen door het vermindering van de toevoer van nutriënten naar en de beschikbaarheid in de watersystemen.
De handleiding bestaat uit vijf delen:

  • Deel 1: Stap voor stap naar gezond water. Een stappenplan om te komen van Streefbeeld tot Saneringsplan.
  • Deel 2: Basisgegevens. Een overzicht van de benodigde basisgegevens, methoden om deze te verkrijgen en een handleiding voor het opstellen van balansen voor water, fosfaat en stikstof.
  • Deel 3: Overzicht van mogelijke maatregelen. Behandelt de belangrijkste beschikbare maatregelen (principe, effectiviteit, kosten, neveneffecten, ervaringen) en een beslisboom om voor een specifiek meer de meest geschikte maatregelen te selecteren.
  • Deel 4: Modellen en relaties. Behandelt de belangrijkste beschikbare hulpmiddelen (modellen, vuistregels, relaties) om de effecten van maatregelen te voorspellen.
  • Deel 5: effecten van de reductie van de fosfaatbelasting in ondiepe meren en plassen. Behandelt een tiental, vooral Nederlandse, case-studies waar een vermindering van de externe toevoer met fosfaat de belangrijkste maatregel was.

Rapport/artikel:

Handleiding bestrijding Eutrofiëring, RIZA rapport 96.049 a t/m d

Streefwaarden

Uitvoering:

RWS-RIZA, LNV

Beschrijving:

Welke nutriëntenconcentraties mogen we van nature verwachten in de meren en plassen? In de NW4 staan naast MTR waarden ook landelijke streefwaarden genoemd voor totaalgehalten aan fosfor en stikstof: respectievelijk 0,05 en 1,0 mg/l als zomergemiddelde waarde. Tevens is aangegeven dat regionaal van de landelijke normen kan worden afgeweken als de natuurlijke omstandigheden dat nodig maken. Bijvoorbeeld wanneer wateren worden gevoed door een nutriëntrijke kwel. De genoemde waarden zijn in meerdere studies voorafgaand aan de NW4 genoemd en worden gebruikt bij de formulering van het LNV-Natuurbeleid voor de grote meren. In de 4e Eutrofiëringsenquête is beneden deze gehalten geen dominantie meer aangetroffen van draadvormige blauwalgen.

Rapport/artikel:

Boers, P.C.M. (ed), 1993. Eutrofiëring en beleid in Nederland, hoe verder? RIZA notitie 93.056X, Lelystad.

Van der Molen, D.T., R. Portielje & S.P. Klapwijk, 1998. Vierde Eutrofiëringsenquête van de Nederlandse meren en plassen. H2O 31, 11: 16-22.

Ministerie van Verkeer en Waterstaat, 1998. Vierde Nota waterhuishouding. Regeringsbeslissing.

Nitrogen removal by denitrification in the sediments of a shallow lake
Denitrificatie in waterbodems

Uitvoering:

In 1991-1997

Beschrijving:

Onderzoek naar de denitrificatie in waterbodems om te bekijken of reductie van de stikstofbelasting kan leiden tot vermindering van de algengroei en verbetering van de waterkwaliteit.
Met sediment uit het Wolderwijd-Nuldernauw zijn labexperimenten uitgevoerd om de verschillende microbiële processen en bijbehorende stikstoffluxen (NH4, NOx en N2) onder verschillende omstandigheden te kwantificeren. Aangetoond is dat op jaarbasis ongeveer 60% van de totale stikstofaanvoer op het meer wordt verwijderd, waarvan 65% door gekoppelde ificatie-denitrificatie. Maandelijks kunnen grote verschillen in de de verschillende verliesposten optreden door variatie in temperatuur en beschikbaarheid makkelijk afbreekbaar organisch materiaal. Er is voldoende organische stof nodig, maar ook weer niet te veel. Een groot deel van de variaties in denitrificatie- capaciteit in de bodem van het Wolderwijd wordt vermoedelijk veroorzaakt door verschillen in aanbod van organisch stof.

Rapport/artikel:

Luijn, F. van, 1997. Nitrogen removal by denitrification in the sediments of a shallow lake, proefschrift LUW.


Integrale eutrofiëringsbestrijding Botshol

Onderzoek naar interne eutrofiëringsprocessen die mogelijk plaats vinden in de water- en oeverbodem van natuurgebied Botshol

Uitvoering:

In 1997 door Universiteit Utrecht in opdracht van Provincie Utrecht.

Beschrijving:

In opdracht van de toenmalige Dienst Waterkwaliteitsbeheer van de Provincie Utrecht is in de periode mei 1996 tot en met januari 1997 onderzoek verricht naar de mogelijke oorzaken van de eutrofiëringsverschijnselen in natuurgebied Botshol. Teneinde de invloed van het chloride gehalte van het Botsholwater op de fosfaatbeschikbaarheid in de oever- en waterbodem en de fosfaatopname door planten te bepalen, werd een fytometer-experiment in de kas uitgevoerd. Tevens werden veldmetingen verricht aan water en bodem.

Rapport/artikel:

A. Bak & B. Beltman, 1997. Integrale eutrofiëringsbestrijding Botshol. Onderzoek naar interne eutrofiëringsprocessen die mogelijk plaats vinden in de water- en oeverbodem van natuurgebied Botshol. I.o.v. Provincie Utrecht door Universiteit Utrecht.

Peilbeheer en nutriënten

Literatuurstudie naar de effecten van peildynamiek op de nutriëntenhuishouding van watersystemen

Uitvoering:

RWS-RIZA

Beschrijving:

In deze literatuurstudie is bestaande kennis over de nutriëntenhuishouding in relatie tot wisselende waterpeilen op een rij gezet. Tussen waterpeilfluctuaties en nutriënten bestaat over het algemeen een zeer complex geheel van relaties. Directe en indirecte effecten van peilwisselingen op nutriëntenstromen zijn niet eenduidig aan te geven. Een eerste aanzet is de kwalitatieve indicatie van de invloed van overstromen en droogvallen op biogeochemische processen in de oeverzone. Daarmee kan - zeer globaal - een beeld worden geschetst van de gunstige en ongunstige effecten van een natuurlijker peilbeheer. Van een kwantitatieve inschatting kan echter geen sprake zijn.

Rapport/artikel:

Linda D. Wienk, Jos T.A. Verhoeven, Hugo Coops en Rob Portielje, 2000. Peilbeheer en nutriënten, literatuurstudie naar de effecten van peildynamiek op de nutriëntenhuishouding van watersystemen. RIZA rapport 2000.012, ISBN 9036953065.

BUFFER

Uitvoering:

BUFFER is een EG project met een looptijd van 3 jaar ('00-'03). In Nederland nemen het RIZA en Wageningen Universiteit deel aan het project.

Beschrijving:

Het doel van het project is de bepaling van de belangrijkste nutriënten transport mechanismen om te komen tot een methode ter voorspelling van de algen en nutriënten in een systeem. Grenswaarden voor de stabiliteit van een systeem worden afgeleid. Het project is gericht op nutriënten stromen en nutriënten balansen (inclusief stroomgebied) vormen een belangrijk deel van het project. Het Veluwemeer en het Wolderwijd zijn als Nederlandse meren meegenomen.

Natuurontwikkeling in Loenderveen

Uitvoering:

door WLB Amsterdam.

Beschrijving:

Natuurontwikkeling in de gebieden rondom de vestiging Loenderveen: het plangebied, bestaande uit de oostelijke en westelijke Loenderveensche Plas en Terra Nova.
Als streefbeeld wordt de situatie in de periode rond 1930 voorgesteld. In deze toekomstige situatie wordt het laagveenmoerasgebied gekenschetst door helder water met een stevige veenbodem, en een diverse en karakteristieke flora en fauna. Het benodigde suppletiewater afkomstig uit de Bethunepolder heeft na voorbehandeling een zoveel mogelijk gebiedseigen, oorspronkelijk kwelwater karakter. Nadat dit water door het natuurgebied is getrokken wordt het gebruikt voor drinkwaterproductie. De ontwikkeling van een dergelijk systeem wordt zowel in het beleid van de rijksoverheid als dat van provincie en het betrokken hoogheemraadschap nagestreefd.

De belangrijkste knelpunten en dus aan te pakken thema's betreffen (in willekeurige volgorde): de waterkwaliteit (gebiedsvreemde gehaltes nutriënten en macro-ionen), de waterhelderheid (algengroei, opgewerveld materiaal), het peilbeheer (geen natuurlijk verloop), de onderwaterbodem (meermolm; nalevering van fosfor), de visfauna samenstelling (hoog aandeel Brasem), de oevervegetatie en expositie daarvan aan wind en golfslag (waterriet), en (natuurlijke) successie (verlanding en daarmee verdwijnen van jonge stadia).

Oplossingen zullen moeten worden gezocht in combinaties van de volgende maatregelen (niet in volgorde van prioriteit): visstandsbeheer, baggeren, stimulering van gebieden met waterriet, natuurlijk peilverloop, en multifunctioneel gebruik van Bethunepolderwater (eerst voor de natuur, dan voor de drinkwaterproductie).