Gewasbeschermingsmiddelen en biociden

Op grond van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden is het verboden een gewasbeschermingsmiddel of biocide in Nederland op de markt te brengen, in voorraad te hebben of toe te passen, als dat middel niet op grond van deze wet is toegelaten. Deze toelating blijkt ondermeer uit een Nederlands toelatingsnummer op het etiket.

Phytophtera in de teelt van consumptieaardappelen

Wetgeving

Als een bestrijdingsmiddel wordt toegelaten, dan is deze toelating altijd beperkt tot één of meer specifieke toepassingen, bijv. de bestrijding van de schimmelziekte Phytophtera in de teelt van consumptieaardappelen of de bestrijding van onkruid in de teelt van maïs.
De Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden besteedt aandacht aan een viertal verschillende belangen, t.w. landbouwkundige deugdelijkheid van het middel, volksgezondheid, arbeidshygiëne en milieu.

De toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden vindt plaats door een verzelfstandigd bestuursorgaan: het College voor de Toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden, oftewel het Ctgb.
Ofschoon de toelating plaatsvindt op grond van de Nederlandse Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, is er sprake van een sterke verweving met de Europese regelgeving en neemt de invloed van deze laatste op de Nederlandse uitvoeringspraktijk sterk toe. In het als "product" bijgevoegde artikel over EU en nationaal toelatingsbeleid wordt op deze relatie ingegaan.

De Wet Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden (Wgb) heeft in 2007 de Bestrijdingsmiddelenwet opgevolgd. De Wgb is nog veel sterker dan de oude Bestrijdingsmiddelenwet opgezet als een uitvoeringswet voor de Europese regelgeving met betrekking tot de diverse typen gewasbeschermingsmiddelen en biociden.

Gegevensbank

Het Ctgb is in het bezit van een internetsite, waarop informatie is te vinden over alle in Nederland toegelaten bestrijdingsmiddelen (gewasbeschermingsmiddelen en biociden), de bestrijdingsmiddelendatabank. Hierin kan zowel gezocht worden op de naam van de werkzame stof (bijv. glyfosaat) als onder de naam van het toegelaten handelsproduct (bijv. Roundup). Vooral de meer recente toelatingsbesluiten bezitten vaak omvangrijke bijlagen,waarin ook voor de waterkwaliteit relevante informatie, zoals de giftigheid voor waterorganismen is te vinden.

Toelatingscriteria

Als onderdeel van de toelatingsbeoordeling wordt aandacht besteed aan de te verwachten schadelijke effecten op waterorganismen. Voor een geschematiseerde modelsituatie worden hiertoe modelberekeningen uitgevoerd. Die hierbij gehanteerde criteria zijn de afgelopen jaren mede onder invloed van de Europese ontwikkelingen stringenter geworden.

Bij de toelatingsbeoordeling door het College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) wordt geen rekening gehouden met de ecologische normen (JG-MKN/MAC-MKN/MTR) welke gelden in het waterkwaliteitsbeleid (bv. de Kaderrichtlijn Water). Dit betekent dat overschrijding van deze ecologische normen niet doorwerkt in het nemen van toelatingsbesluiten zoals verlengingen. Doordat toelatingscriteria vaak ruimer zijn dan waterkwaliteitsnormen kunnen problemen ontstaan zelfs als gebruikers werken volgens goed landbouwkundig gebruik volgens de toelatingseisen. Deze harmonisatie kwestie is al meerdere malen aangekaart bij de Europese Commissie, maar deze is van mening dat het iets is waar lidstaten eigen keuzes kunnen maken.

De meetgegevens voor gewasbeschermingsmiddelen worden wel gebruikt om de uitgangspunten van de toelating zelf te controleren, door deze meetgegevens aan de toelatingsnorm te toetsen.

Bij de toelating ook aan de drinkwaternorm getoetst omdat het drinkwatercriterium gelijk is aan de drinkwaternorm van 0,1 ug/l.