Noodoverloopgebieden

Noodoverloopgebieden maken geen deel uit van het watersysteem. De Waterwet moet men zien als een watersysteemwet. Een definitie van noodoverloopgebieden is daarom niet opgenomen. Het begrip 'noodoverloopgebied' maakt ook duidelijk dat het om zeer uitzonderlijke situaties moet gaan.

Bovenmaatgevende omstandigheden

Noodoverloopgebieden komen alleen dan voor inundatie (het opzettelijk onder water zetten van een gebied) in aanmerking, als de normale bergingscapaciteit van een watersysteem niet groot genoeg is. Denk bij een watersysteem bijvoorbeeld aan een rivier. Als het waterbergend vermogen van een rivier niet langer toereikend is om het teveel aan water (bij een extreem hoge rivierafvoer) te bergen. Dan kan de inzet van een noodoverloopgebied nodig zijn.

Het gaat dus om bovenmaatgevende omstandigheden, waarop het watersysteem niet is berekend. Dit in tegenstelling tot bergingsgebieden. Het begrip 'noodoverloopgebied' maakt ook duidelijk dat het om zeer uitzonderlijke situaties moet gaan. Inundatie van het noodoverloopgebied in bovenstroomsgebieden gebeurt om grotere maatschappelijke schade benedenstrooms te voorkomen.

Verschil bergingsgebieden en noodoverloopgebieden

Bergingsgebieden moet men niet verwarren met noodoverloopgebieden. Bergingsgebieden hebben als doel om binnen een watersysteem voldoende ruimte voor de berging van (regen)water te creëren om daarmee te kunnen voldoen aan de in hoofdstuk 2 gestelde normen.

Bergingsgebieden hebben daarmee een waterbeheerfunctie binnen de maatgevende omstandigheden die kunnen optreden. Zij vormen een integraal onderdeel van het watersysteem. Bergingsgebieden zijn gronden die tijdelijk water bergen, ze staan dus slechts incidenteel onder water.

Verschil beslissingsbevoegdheid

Met de vastlegging van een bergingsgebied in het bestemmingsplan en de legger is de waterbeheerder tot ingebruikname bevoegd. Het ene bergingsgebied zal op een bepaald moment automatisch onder water lopen. Terwijl de ingebruikname van een ander bergingsgebied afhankelijk is van een handeling van de waterbeheerder (denk aan het openzetten van een schuif). Aan een dergelijke ingebruikstelling ligt geen apart besluit ten grondslag. Dat zou vanwege de benodigde snelheid van handelen ook niet logisch zijn.

Noodoverloopgebieden vervullen een functie ten behoeve van de openbare orde en veiligheid. In het geval dat een noodoverloopgebied wordt aangewezen, is het niet de waterbeheerder die besluit tot inzet van het noodoverloopgebied. In dat geval is de Wet Veiligheidsregio's van toepassing. Wie in welke situatie bevoegd is kunt u vinden op de website van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters.