Afwijzen schadevergoeding na 20 jaar

Vraag

Een bestuursorgaan mag volgens artikel 7.14 Waterwet een verzoek tot vergoeding van schade afwijzen na verloop van 20 jaar na gebeurtenis. Dit veronderstelt dat de tijd begint te lopen na de gebeurtenis (vb. grondwaterwinning). Hoe moet dit worden gelezen?

Antwoord

Deze termijnen komt overeen met de algemene toegepaste verjaringstermijnen binnen het bestuursrecht, dat overigens aansluit op de algemeen gehanteerde systematiek van verjaring in het Burgerlijk Wetboek. In verband met de rechtszekerheid kent het Nederlandse recht een zogenoemde bevrijdende of extinctieve verjaring. Deze termijn bedraagt in zijn algemeenheid twintig jaar na verloop van de schadeveroorzakende gebeurtenis. In het Burgerlijk Wetboek wordt onder gebeurtenis verstaan een plotseling optredend feit, een voortdurend feit of een opeenvolging van feiten. Als de gebeurtenis bestaat uit een voortdurend feit (zoals een grondwateronttrekking), dan begint de termijn van twintig jaar te lopen nadat dit feit is opgehouden te bestaan, in het voorbeeld dus inderdaad nadat de grondwateronttrekking gestaakt wordt.

Zie het digitale Handboek Water de pagina: Schadevergoeding aan derden