Plaatsen van een damwand

De opdrachtgever voor het plaatsen van een damwand kan de waterbeheerder zijn of een ander initiatiefnemer. De regelgeving hiervoor is verschillend. Daarnaast is belangrijk vast te stellen of er gewerkt wordt in Rijkswater, in beheer van Rijkswaterstaat, of in regionaal water waar het waterschap bevoegd gezag is.

Waterbeheerder is zelf uitvoerder of opdrachtgever

Voor de aanleg van een damwand (een ‘werk' in de zin van de Waterwet ) buiten een watersysteem geldt (ongeacht de aard of omvang) op basis van de Waterwet geen vergunning- of meldplicht. Er is ook geen plicht tot het opstellen van een projectplan, tenzij een werk wordt uitgevoerd met het doel om de grondwaterstand te beïnvloeden. Hierbij valt te denken aan antiverdrogingsprojecten variërend van eenvoudige peilverhogingen tot het slaan van damwanden om gebieden hydrologisch te isoleren en grondwater vast te houden. Een projectplan is bestemd voor wijziging van het Waterstaatswerk. Wat dit laatste betreft is van belang dat artikel 5.4 lid 1 Waterwet de uitvoering van een werk tot beïnvloeding van een grondwaterlichaam gelijk stelt aan de aanleg of wijziging van een waterstaatswerk.

Andere opdrachtgever

Als een niet-waterbeheerder (iedereen behalve een waterschap of Rijkswaterstaat) een damwand wil aanleggen, is het allereerst de vraag waar deze wordt geslagen. Alleen als het binnen een watersysteem is (zoals in een oppervlaktewaterlichaam (artikel 6.12 Waterbesluit) of bijvoorbeeld in de beschermingszone van een kering dan wel in een kering zelf (artikel 6.14 Waterbesluit) kan er een vergunning- of meldplicht gelden.

Plaatsen damwand in Rijkswater

Voor rijkswateren geldt dan in principe de vergunningplicht tenzij volstaan kan worden met een melding. de meldplicht van toepassing is als.

  • De damwand als doel heeft oeverafslag tegen te gaan en als de damwand niet boven het oeverland uit zal steken geldt de meldplicht (Waterbesluit artikel 6.12 lid 2 onderdeel d). Ook het ten behoeve van de uitvoering van die werken: storten, plaatsen of neerleggen van vaste substanties of voorwerpen valt dan onder de meldplicht.
  • De waterbeheerder oordeelt dat vanwege de aard, beperkte omvang of korte duur van de damwand (met ander doel dan oeverafslag tegen te gaan) geen nadelige invloed op het waterstaatkundige beheer bestaat kan de meldplicht gelden (artikel 6.11, onder l Waterregeling). Dit dient via het vooroverleg te worden vastgesteld.

Als er geen vergunningplicht geldt, is het zaak rekening te houden met een aantal zorgverplichtingen zoals die zijn geformuleerd in artikel 6.15 Waterbesluit

Plaatsen damwand in regionaal water in beheer bij een waterschap of hoogheemraadschap

Vindt de activiteit plaats in het beheergebied van een waterschap, dan moet de keur van het desbetreffende waterschap (en de daarbij horende algemene regels) worden geraadpleegd om na te gaan of er een vergunning- of meldplicht geldt. Om zekerheid te krijgen is het raadzaam het betreffende waterschap te benaderen!

Andere vergunningen of wetten die mogelijk van toepassing kunnen zijn.

  • Omgevingsvergunning voor de aanleg van een activiteit (o.g.v. bestemmingsplan).
    Zie het omgevingsloket online: Omgevingsloket online. U kunt hier de vergunningcheck gebruiken om uit te zoeken of u een melding moet doen, een vergunning aan moet vragen of dat de handeling vergunningsvrij is en valt onder algemene regels.
  • Wanneer de steiger, aanmeervoorziening in een Natura 2000-gebied ligt of gevolgen kan hebben voor een Natura 2000-gebied kan een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming nodig zijn. Wanneer een beschermde planten- en/of diersoort geraakt wordt door de activiteit is een ontheffing op grond van de Wet natuurbescherming nodig.