Gemeentelijk rioleringsplan

In het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) beschrijft de gemeente hoe zij de gemeentelijke watertaken uitvoeren. Er staat onder andere in:

  • Situaties waarin de perceeleigenaar zelf het hemelwater moet verwerken.
  • Wanneer en waar er sprake is van structurele grondwaterproblemen.
  • Wanneer en waar de gemeente eventueel maatregelen neemt.

In het GRP komen plannen samen die eerder in een Basisrioleringsplan, een hemelwaterplan beschreven werden. Verder houdt ze rekening met doelen die provinciale of gemeentelijke milieuplannen stellen.

In artikel 4.22 van de Wm staat het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) beschreven. Belangrijk is dat het plan een toetsing bevat naar de gevolgen van lozingen uit het systeem in oppervlaktewater, bodem en op de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi). Dit alles blijkt ook uit Memorie van toelichting (pdf, 14 kB). Burgemeester en wethouders bereiden het GRP voor. Daarna stelt de gemeenteraad dit vast.

Wat moet het GRP bevatten?

  1. Een overzicht van de in de gemeente aanwezige voorzieningen voor :
    - de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater
    - de inzameling en verwerking van afvloeiend hemelwater
    - de voorgenomen maatregelen ter voorkoming of beperking van nadelige gevolgen van de grondwaterstand
  2. Een evaluatie van de vorige GRP-periode
  3. Een overzicht van vervangingen en aanleg tijdens de plan periode.
  4. De manier waarop de voorzieningen worden beheerd.
  5. De gevolgen voor het milieu door de aanwezige en door de geplande voorzieningen.
  6. Een overzicht van de financiële gevolgen van de in het plan aangekondigde activiteiten.

Welke partijen zijn in ieder geval betrokken bij het GRP?

  1. De provincie, Gedeputeerde staten.
  2. De beheerders van de rioolwater zuiveringen waarnaar het stedelijk water wordt afgevoerd, meestal zijn dit de waterschappen.
  3. De beheerders van het oppervlaktewater waarop afvalwater wordt geloosd.

De looptijd van een gemeentelijk rioleringsplan is niet wettelijk vastgelegd.

In de kostenparagraaf van het GRP maakt de gemeente alle directe en indirecte rioleringskosten inzichtelijk. In het plan moet ook tot uitdrukking worden gebracht welk afwegingskader wordt gebruikt bij de uitvoering van de diverse zorgplichten. In het plan moet duidelijk worden wat wel en wat niet van de gemeente kan worden verwacht bij het invullen van de zorgplichten.

Is er altijd riool nodig?

De voorziening die meestal wordt gebruikt voor inzameling en transport van stedelijk afvalwater  en de afvoer naar een rioolwaterzuivering is een vuilwaterriool. Het kan ook anders, daarvoor is in artikel 10.33 van de Wm speciaal opgenomen dat andere systemen mogelijk zijn.

Voorwaarden voor andere systemen zijn wel:

  • beschreven in het GRP
  • in beheer bij of in beheer namens de gemeente of waterschap
  • eenzelfde graad van bescherming van het milieu.

De onderbouwing van de gemaakte keuze of scenario's zet de afdeling Rioleringsbeheer in het GRP. Hierin legt de gemeente vast onder welke omstandigheden zij tot welke systeemkeuze overgaat. Deze keuze hangt af van een aantal factoren, bijvoorbeeld:

  • wel of geen maatregelen in de openbare ruimte
  • toestand van riolen in de ondergrond
  • mogelijkheid tot infiltratie, aanwezigheid van oppervlaktewater of het ontbreken daarvan
  • het voorkomen van waterkwaliteitsproblemen
  • het voorkomen van wateroverlast en –schade
  • risico's op vervuiling van oppervlakken en mogelijkheden om dat te voorkomen
  • kosten per inwoner, woning of m2 verhard oppervlak
  • enz.

Daarbij is ook het onderscheid tussen bestaand stedelijk en nieuw gebied relevant en het onderscheid in bestaand gebied zonder en met ingrepen in de openbare ruimte.

Gemeentelijke verordeningen

De gemeente kan in een verordening regels stellen voor het gebruik van de voorzieningen voor hemelwater en grondwater die in het GRP zijn beschreven.