‘Ik merk dat mijn rivierenonderzoek er écht toe doet’

‘Als kind was ik veel in de Spaanse bergen te vinden. En waar bergen zijn, zijn rivieren. Ik denk dat daar mijn enthousiasme voor rivieren is ontstaan’, antwoordt Clàudia Ylla Arbós op de vraag wat haar motiveerde om een PhD-onderzoek te doen binnen het onderzoeksprogramma van Rivers2Morrow. ‘Ik ben blij dat ik de toekomst van de Boven-Rijndelta mag onderzoeken, maar ik ben mij ook bewust van de uitdagingen ervan.’

3 Claudia

Van Zwitserland naar Delft

Clàudia onderzoekt aan de TU Delft hoe de rivieren binnen de Boven-Rijndelta zich de komende 100 tot 150 jaar ontwikkelen als gevolg van de klimaatverandering en menselijke ingrepen. Ze bestudeert bijvoorbeeld hoe de zeespiegelstijging en veranderingen in de waterafvoer, als gevolg van klimaatverandering, van invloed zijn op de voortdurende degradatie van de bodem in de Rijntakken. Deze degradatie heeft weer gevolgen voor rivierfuncties, zoals navigatie. De beslissing om dit onderzoek te gaan doen was voor Clàudia een logische keuze. ‘Tijdens mijn werk bij verschillende adviesbureaus in Zwitserland kwam ik er achter dat ik toch nog voor een PhD-onderzoek wilde gaan. Toen kwam ik het Rivers2Morrow-programma tegen. Hierin herkende ik veel van mijn achtergrond, zowel professioneel als persoonlijk. Dat gaf voor mij de doorslag om mij in te schrijven. Daarnaast zijn Rijkswaterstaat en DGWB zeer geïnteresseerd in de resultaten. Dat werkt motiverend, want ik merk dat dit onderzoek er écht toe doet. Het is een groot project dat veel verschillende soorten expertise en kennis met zich meebrengt. De uitdaging is om dit allemaal binnen de tijdspanne van het project een rol te laten hebben. Zelfs als het project klaar is, zouden we er nog mee verder kunnen gaan.’

Impact op de toekomst

Wat hoopt Clàudia te bereiken met haar onderzoek? ‘Als alles goed gaat presenteren we eind 2022 goed onderbouwde scenario’s over de toekomst van deze rivierendelta. Deze scenario’s kunnen voor overheidsinstanties toepasbaar zijn. Ik hoop dan ook dat ons onderzoek een impact gaat hebben op beleidsmakers.’ En wat zijn haar plannen daarna? ‘Uiteindelijk wil ik met mijn werk in de wetenschap zo veel mogelijk mensen bereiken. Het lijkt mij dan ook mooi om later in een functie te werken die toegepast onderzoek, beleid maken én wetenschapscommunicatie combineert. Misschien blijf ik mij wel bezig houden met onderzoek doen naar de toekomst van rivieren. Het voordeel van rivieren is dat ze overal aanwezig zijn, dus ik kan ook overal aan de slag!’